Aantekeningen bij de Bijbel: Job 16:20

Job 16:20

SV	Mijn vrienden zijn mijn bespotters; [doch] mijn oog druipt tot God.
WLC	מְלִיצַ֥י רֵעָ֑י אֶל־אֱ֝לֹ֗והַ דָּלְפָ֥ה עֵינִֽי׃
Trans.	məlîṣay rē‘āy ’el-’ĕlwōha dāləfâ ‘ênî:

Algemeen

Mijn vrienden zijn mijn bespotters; [doch] mijn oog druipt tot God.

mijn oog druipt tot God, of meer vrij vertaald "mijn oog vloeit [met tranen als ik roep] tot God".

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.

מְלִיצַ֥י

zijn mijn bespotters

רֵעָ֑י

Mijn vrienden

אֶל־

tot

אֱ֝ל֗וֹהַ

God

דָּלְפָ֥ה

druipt

עֵינִֽי

mijn oog

Mijn vrienden zijn mijn bespotters; [doch] mijn oog druipt tot God.

אֱלוֹהַּ ^H433 ʾĕlôah; Eloah, de enkelvoudvorm van אֱלֹהִים ^H430 'elohiym 'God'. Van de 61 keer dat de naam in de Bijbel wordt gebruikt, komt het 41 keer in Job voor. Mogelijk een aanwijzing dat dit een archaïsch woord is en wijst op de hoge ouderdom van het boek Job.
דָּלַף ^H1811 "druppelen, druipen" (Job 16:20; Ps. 119:28; Pred. 10:18 †);

____

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!